Soms heb je van die gedachten. Dan ben je ergens mee bezig en dan
moet je ineens aan wat anders denken. Zo was ik laatst met een
koelmachine bezig. Die moesten we door het dak een techniek ruimte in
laten zakken. Je moet je voorstellen, een machine ter grootte van een
aannemersbusje, door een gat in het dak laten zakken op de 13de etage. Ik stond binnen te wachten en te staren naar het gat in het dak en moest onwillekeurig aan die vier vrienden denken.
Die vier mannen, vrienden, je zal ze maar hebben! Wat een mooi
verhaal is dat, het is een verhaal waar ik me altijd over verbaas.
Vroeger in het kinderkamp zong ik daar altijd graag een liedje over.
Die vier vrienden! Wat bezielde ze, waarom al die moeite? Waarom niet
gewoon opgeven als je er niet langs gelaten wordt? Wat dachten ze te
bereiken?
Dachten ze een medaille te krijgen? Of dat ze een baan bij de
ambulancedienst kregen aangeboden? Dachten ze er eer mee te krijgen?
Nee, ze wilden dat hun vriend werd genezen en weer kon lopen! En
daarvoor lieten ze zich niet stoppen bij de deur, toen ze er niet door
konden. Ze gingen naar boven en haalden het dak eraf en lieten hun
vriend door het dak, voor de Here Jezus zakken. Jezus zag hun geloof en
vergaf de man zijn zonden en even daarna genas Hij de man ook nog.
Bedenk je de vreugde eens, toen ze zagen dat hun vriend genezen werd?
Wat zullen ze blij geweest zijn daar op dat dak. Niet omdat zij zelf zo
goed waren maar omdat hun vriend weer kon lopen. Zouden ze daarna naar
de kroeg zijn gegaan om het te vieren? Of naar de tempel om te danken?
Dat vertelt het verhaal niet. Alleen dat de verlamde man zijn matras
oppakte en wegwandelde. Lees maar na in marcus 2:1-12. Of in Lucas Hij
ging naar huis om en dankte God.
Toen kwam de koelmachine door het dak heen zakken, en moesten we aan de slag.
Maar het verhaal liet me niet los.
Op de weg terug in de auto kwamen er een aantal vragen bij mij op, één daarvan bleef er in mijn hoofd hangen.
- Zou ik ook zo blij zijn als mijn vriend genezen werd? Ik denk het wel, maar ben ik ook zo blij als hem iets moois overkomt, wat ik zelf graag zou willen? Of als hij wat moois krijgt, dat ik graag ook wil? Ben ik dan blij voor mijn vriend of ben ik dan alleen maar jaloers en wil ik het zelf hebben? Ben ik dan een echte vriend?
Ik hoop dat het voor jou geen vraag is. Voor mijzelf probeer ik een
voorbeeld te nemen aan die vier mannen. Ik hoop, en bid, dat ik op zo’n
moment één van die vier vrienden mag en kan zijn!
Geen opmerkingen:
Een reactie posten